Milieubescherming en zorgvuldig omgaan met natuurlijke hulpbronnen hebben een hoge prioriteit in de Oostenrijkse landbouw. En beide betekenen hard werken. Daarom kondigde het verantwoordelijke ministerie onlangs met trots aan dat 25% van het wijnbouwareaal in Oostenrijk gecertificeerd biologisch wordt bewerkt.
In 2023 bedroeg het biologische aandeel 22,6% en stond Oostenrijk daarmee internationaal op de eerste plaats van alle wijnbouwlanden. Spanje (17,8%), Frankrijk (17,4%) en Italië (14,6%) volgden met een achterstand van enkele procenten.
Vandaag is het biologische wijnbouwareaal gegroeid tot een kwart. De klimatologische omstandigheden vormen al in de conventionele wijnbouw een grotere uitdaging dan in andere wijnbouwlanden. Bij biologische wijnbouw is het onderhoud van de wijngaarden en wijnstokken intensiever en wordt dit vaak met de hand gedaan. Bovendien is precies geregeld welke meststoffen, voedingsstoffen en gewasbeschermingsmiddelen mogen worden gebruikt. Het bevorderen van gezondheid, vruchtbaarheid en biodiversiteit in het ecosysteem van de wijngaard is het belangrijkste doel van biologische wijnbouw.
Ondanks de extra kosten en risico's is het aandeel biologische wijngaarden de afgelopen 25 jaar gestaag toegenomen. In 2000 bedroeg dit nog 1,7%. En dat is nog niet alles: biodynamische landbouw en duurzaamheidskeurmerken onderstrepen de toewijding van de Oostenrijkse wijnbouwers. Dit wordt beloond met een stijgende export: vooral in Scandinavië en Canada is er veel vraag naar producten van milieubewuste wijnbouw.
