Inhalt

Paspoort en visum

Standard Content Module
Welke documenten heeft u nodig, voordat u de Oostenrijkse grens mag passeren? Hier vindt u het antwoord en de nodige detailinformatie.
listen

Reisdocumenten

Geldig paspoort

Voor burgers van de EU en voor burgers van sommige andere landen is een geldige identiteitskaart voldoende, in speciale gevallen is een paspoort dat vijf jaar of korter is verlopen ook voldoende (meer informatie kunt u krijgen op de Homepage van het bondsministerie van Europese en Internationale Zaken in Oostenrijk).

Visum

Staatsburgers van alle buurlanden van Oostenrijk, van lidstaaten van de EU, zoals vele andere landen, hebben geen visum nodig. Informatie kunt u krijgen bij de Oostenrijkse ambassade of het Oostenrijks consulaat in het desbetreffende land en op de Homepage van het bondsministerie van Europese en Internationale Zaken in Oostenrijk.

Volgens het verdrag van Schengen kunnen visaplichtige derdelanders ook naar Oostenrijk reizen met een visum dat is afgegeven in een ander Schengen-land of met een voor dit land geldige verblijfsvergunning, zonder dat zij daarvoor een extra visum nodig hebben, voorzover dit document geen beperkende bepalingen voor andere landen heeft.

Paspoortcontroles

Aan de binnenlandse grenzen van de Schengenstaaten Duitsland en Italië worden over het algemeen geen controles meer uitgevoerd. Dit geldt ook voor het vliegverkeer op de Oostenrijkse vliegvelden bij vluchten naar andere Schengenstaaten. Om zich bij steekproefsgewijze controles te kunnen identificeren, moeten reizigers echter ook binnen de Schengen-ruimte hun reisdocumenten bij zich hebben.

Tot de Schengenlanden behoren België, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Zweden, Slowakije,  Slovenië, Spanje, Tsjechië en Hongarije (eveneens de niet-EU-landen IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland).     

Het meenemen van huisdieren in het toeristisch verkeer

Voor huisdieren zoals honden en katten vanaf een leeftijd van 12 weken is een geldig vaccinatiebewijs (rabiës) in de Duitse taal of een beëdigde vertaling nodig. De vaccinatie moet tenminste 21 dagen voor het passeren van de grens zijn gebeurd, maar mag niet ouder zijn dan één jaar. Elk dier moet door een duidelijk herkenbare tatoeage of door een microchip zijn gekenmerkt.

Voor honden, katten en fretjes, die bij reizen tussen lidstaaten van de Europese Unie worden meegenomen, moet men een huisdierenpaspoort (pet pass) hebben. Voor elk dier moet een huisdierenpaspoort worden meegenomen, dat door een daartoe gemachtigde dierenarts is ingevuld en waarin staat dat het dier een geldige rabiësvaccinatie heeft gehad, welke in overeenstemming is met de door de producent gestelde aanbevelingen.